Wellington, Abel Tasman National Park en heeeel veel sandflies

11 januari 2019 - Greymouth, Nieuw-Zeeland

Voordat ik begin aan het schrijven van mijn blog, kijk ik altijd even waar ik ben geëindigd in mijn laatste blog. Mijn vorige blog was 31 december, man wat voelt dat ver weg! Ik heb het gevoel dat ik inmiddels minstens een maand verder ben. En dat terwijl we nog geen twee weken verder zijn.

We hebben oud en nieuw dus gevierd in Rotorua en zijn daarna richting Taupo gereden. Hier ben ik al meerdere keren geweest de afgelopen tijd, maar het is er zo onwijs mooi, helemaal niet erg dus! Na een nachtje Taupo zijn we verder richting Wellington gereden. Tussen Taupo en Wellington zaten nog twee nachten kamperen. Nou ben ik nog net niet op een camping opgevoed door mijn ouders, toch vond ik het een beetje spannend. Het was namelijk wel de eerste keer kamperen zonder mijn ouders. Gelukkig hebben we alles overleefd en zaten we twee dagen later in het prachtige, kleurrijke Wellington! Het Zuidereiland komt dan echt eng dichtbij.

Op 4 januari kwamen we Welligton binnen rijden. We hadden prachtig weer en de manier waarop je de baai van wellington in komt rijden maakte het helemaal af! De ‘citytrip’ kon beginnen! ‘S middags hebben we heerlijk uitgerust. De volgende dag zijn we naar het Te Papa museum geweest, het nationaal museum van Nieuw-Zeeland. Hier is veel te zien over de geschiedenis van het land. Vooral het gedeelte over de Maori’s vond ik erg mooi en indrukwekkend om te zien! Ook de ontwikkeling van het land na de Europese ontdekking was indrukwekkend maar schokkend om te zien. Wij als Europeanen hebben hier zo veel mooie dingen kapot gemaakt en verloren laten gaan! Gelukkig houdt Nieuw-Zeeland de overblijfselen nog wel in tact. Na het museum zijn we richting de lookout gegaan. Aangezien deze vrij hoogt ligt, hebben we de bus naar boven gepakt en zijn we terug gelopen. Vanaf de lookout konden we prachtig over de hele baai en de zee heen kijken. We hadden alle dagen in Wellington prachtig weer, dus het uitzicht was ook weer onbeschrijflijk mooi! De rest van de middag heb ik bij de waterkant gezeten met m’n boek, heerlijk! Echt een vakantiegevoel! De volgende dag was onze laatste dag in Wellington. Die hebben we besteedt aan de bekende ‘red cable car’ in de stad. Het treintje brengt je naar de Botanische Tuinen, waardoor de naar beneden richting de stad loopt. Ook zijn we due dag naar het Wellington Museum geweest, waar veel te zien was van de stad zelf. Erg leuk om in Wellington musea te bezoeken, aangezien ze allemaal gratis zijn!

De volgende ochtend (maandag 7 januari) was het dan eindelijk zo ver! Met de boot naar het Zuidereiland! Hiervoor hadden we de goede dag gekozen, want het was geen lekker weer om buiten te zijn. Het was een beetje miezerig en mistig. De boottocht duurt zo’n 3,5 uur. De laatste anderhalf uur gingen vrij snel voorbij, aangezien er land in zicht was! We voeren tussen verschillende (schier)eilandjes door voor de kust. Ondanks de mist was het er prachtig! De mist maakte het een beetje mysterieus. Eenmaal in Picton was het tijd voor een powernap en verder relaxen. De volgende ochtend zijn we eerst van Picton naar Nelson gereden, een prachtige route door de bergen! In Nelson moesten we zo’n drie uur doorbrengen terwijl ondertussen mijn voorbanden werden vervangen. Nelson is een heel gezellig, levendig stadje, met prachtig uitzicht over de helder blauwe zee! Zodra mijn auto klaar was, zijn we verder gereden naar Marahau, eindpunt voor die dag. Na 1u lang omrijden en drie keer heen en weer door het stadje dat uit één weg bestond op zoek naar ons hostel, hadden we het eindelijk gevonden! Voor de dag daarop hadden we een kayaktour geboekt, fantastisch! We werden in een karretje achter de trekker gezet en naar het strand gereden. Omdat het eb was kon de trekker ons heel ver de zee in brengen. Daar begon het volgende avontuur, op naar Abel Tasman National Park waar het wederom paradijselijk is! Na een tijdje (geen idee hoe lang, geen tijdsbesef hier haha) kwamen we bij de eilandjes die voor de kust liggen, waar op een van hen een zeehonden kolonie zat. Het waren niet veel zeehonden, maar we hebben ze gezien en gehoord. Super ervaring vanuit een kayak! Omdat Nieuw-Zeeland strikte regels heeft omtrent ‘wildlife’ en ze de natuur heel erg respecteren, moesten we op een grote afstand blijven van de dieren. Na de zeehonden te hebben bewonderd gingen we naar een van de mooiste strandjes die ik hier heb bezocht; Observation Beach. Het leuke van zo’n kayaktour is niet alleen dat je op plekken komt waar je anders niet kunt komen, maar ook omdat de tourguide zo onwijs veel kan vertellen over alles wat je om je heen ziet. Heel erg leerzaam dus! Op het strandje kregen we een goed verzorgde lunch met alles erop en eraan (zelfs een mega chocolat brownie). Op het strand hadden we (gok ik) zo’n 1,5/2u de tijd om heerlijk te relaxen. Na de tijd zijn we opgehaald door een watertaxi die ons weer heeft terug gebracht naar Marahau. Erg bijzonder want we zijn met boot en al op de trailer gezet, het water uit gereden en afgezet bij de receptie. In Nederland zou zoiets hartstikke illegaal zijn haha! Die middag zijn we ook nog naar de Golden Bay geweest. Dit viel een klein beetje tegen. Waarschijnlijk omdat het eb en bewolkt was. Dat doet een hoop met hoe een kust eruit ziet! In de buurt van de Golden Bay zijn ook de Pupu Springs. Deze Springs bevatten een van de helderste wateren ter wereld. Je kunt tot wel 60m diep kijken, prachtig!

De volgende ochtend vertrokken we naar de volgende bestemming: Nelson Lakes. Het weer was deze dag weer een beetje regenachtig, maar zelfs dan is Nieuw-Zeeland echt prachtig! Alleen mijn camera vindt het iets minder leuk... aangekomen bij het eerste en bekendste meer, Lake Rotoiti. Wat moet het hier mooi zijn als je over het hele meer heen kunt kijken! Helaas was het hiervoor op dit moment te mistig. Wel hebben we alsnog een prachtig uitzicht ervaren waarbij de bergen verdwenen in de mist. De tweede stop was bij Lake Rotoroa. Om hier te komen waren er twee opties: verhard en onverhard. Omdat de onverharde weg dichterbij was, hebben we daarvoor gekozen. Die was een heel avontuur. Het was een smalle weg waardoor tegenliggers niet ideaal zouden zijn. Gelukkig waren deze er niet. Het leukste en wederom spannendste van de route was dat we door meerdere waterstroompjes heen moesten met de auto. Ik voelde me een echte avonturier hah! Het weer was bij dit meer beter en dus ook het zicht. Prachtig! Het plan was om hier te overnachten. Helaas was dit echt onmogelijk door de hoeveelheid sandflies op de camping. We werden er echt door aangevallen. Sandflies zijn een soort fruitvliegjes die heel hard kunnen steken en die houden van vochtige open plekken. Niet ideaal dus. Omdat we na 5min al helemaal gek werden en de hele auto vol zat met vliegjes als we ook maar twee tellen de deur open hadden, hebben we besloten om door te rijden. Op deze camping zaten nog steeds de sandflies, maar veel minder waardoor we ze enigszins in de hand hadden. Dit was een aardig basic camping. Er waren een soort dixie’s (maar dan iets mooier) als toilet, het water was ‘over het algemeen’ drinkbaar en er waren geen douches. Die nacht heeft het heel erg hard geregend. Het vaatdoeken wat we buiten hadden laten hangen om te drogen, konden we de volgende ochtend weer uitknijpen. Naast regen, is het ook heel helder geweest ‘s nachts. Omdat ik toevallig wakker lag heb ik het gordijntje opzij geschoven en heb ik genoten van de bizar mooie sterrenhemel die ze hier hebben. Echt zo ontzettend indrukwekkend!

De volgende dag stonden er een aantal dingen op de planning, waaronder zeehonden en de bekende Pancake Rocks! Allereerst zijn we naar Westport gereden. Westport ligt aan de kust. Dit is dan ook de plek waar de zeehonden op de planning stonden. Na zo’n 10min lopen vanaf het strand kwamen we op een uitkijkpunt met prachtig uitzicht over zee. Hier had je ook uitzicht op de zeehonden kolonie. Daar lagen ze heerlijk te bakken in de zon op de rotsen aan de kust. Als laatste stonden de Pancake Rocks op de planning. Dit zijn rotsen die zijn uitgesneden door het zoute water en de wind. De naam hebben ze te danken aan hoe ze eruit zien; als stapels met pannenkoeken. Naast de Pancake Rocks waren er ook immens grote blowholes. Hierdoor kwamen de golven naar binnen en klapte ze tegen de rotswanden aan. Veel lawaai, maar heel mooi om te zien! Na de Pancake Rocks en Blowholes zijn we doorgereden naar Greymouth, waar we nu zitten. Hier overnachten we één nacht. Morgen gaan we verder richting het zuiden, waar nog veel moois op ons staat te wachten... waaronder een helikoptervlucht over de gletsjers van Nieuw-Zeeland! Ik kan niet wachten!